Veel mensen kennen de vogels wel aan hun verenkleed, maar hebben moeite om ze te herkennen aan hun geluid. Deze gids behandelt de zang van de meest algemene vogels van tuin en park. Daarbij volgen we de maanden van het jaar.
De geluiden van de vogels worden uitgelegd aan de hand van uitgebreide beschrijvingen, notenschrift, ezelsbruggetjes en interessante weetjes.
Een vereenvoudigde determinatiesleutel, een vogelzangkalender en overzichten van vogels per biotoop en vogelzang per etmaal completeren het geheel.

ISBN: 9789050117425 – KNNV Uitgeverij – Aantal pagina’s: 128 – Informatief

5 van de 5 sterren — Eline

Recensie in één zin

‘Een bomvolle vogelgids waarin het gezang centraal staat.’

Wat heb ik aan dit boek?

Wat zingt daar? zorgt ervoor dat je vogels leert herkennen aan hun geluid. Daarnaast leer je ook waarom vogels zingen. Door de prachtige illustraties in dit boek, kun je de vogels makkelijk herkennen aan hun uiterlijk. Bij elke vogel staat in muzieknotatie aangegeven hoe het geluid klinkt, maar ook wanneer je geen noten kunt lezen weet je hoe de vogel klinkt. Dit staat er namelijk fonetisch bij geschreven. Zo lees je bij de koolmees: ‘tiedie tiedie tiedie tiedie tiedie tiedie, tietietu tietietu, tututie tututie tututie.’
— Eline

Schrijfstijl

De schrijfstijl in Wat zingt daar? is erg prettig. De tekst is goed te begrijpen voor zowel mensen die al veel van vogels weten, als voor mensen die er nog iets minder in thuis zijn.
Als lezer wordt je vanzelf enthousiast bij het lezen van dit boek. Er is duidelijk te lezen dat dit boek is geschreven door een echte natuurliefhebber. Dit merk je door de passie en gedetailleerdheid waarmee de verschillende vogels worden beschreven.
— Eline

Passage uit het boek

‘Voor veel vogelsoorten begint het broedseizoen als de dagen weer gaan lengen. In januari horen we vooral zang van standvogels. Het zijn soorten die hier het hele jaar verblijven, zoals mezen, merels en lijsters. Daarnaast zingen ook soorten die jaarrond een territorium verdedigen, zoals roodborst, winterkoning en boomklever. In de loop van januari neemt de zangactiviteit toe. Vogels leren herkennen aan hun zang is niet eenvoudig. Je kunt er het beste zo vroeg mogelijk in het jaar mee beginnen, want dan zingen er nog niet zoveel soorten.
Gelukkig begint het zangseizoen met de koolmees. Zijn zang is vrij simpel en makkelijk te leren. Koolmezen hebben maar weinig noten op hun zang. Hun strofe bestaat meestal maar uit twee noten, een hoge en een lage, met een terts hoogteverschil. Door variatie in aantal, ritme en klemtoon kunnen ze daarmee toch een flink aantal motieven maken. Zoals een kind dat pas blokfluit heeft leren spelen met twee of drie grepen allerlei melodietjes weet te produceren.’

Voor wie is dit boek?

Dit boek is geschikt voor iedereen die vogels wil leren herkennen aan hun gezang.
— Eline

Voor vrouwen of mannen?

Hoe dik is de pil?

Bekijk deze visuele boekrecensies ook eens

Recensie: David Lindo & Claire McElfatrick – De…

Recensie: Ulrich Schmid – Vogels