Tom Babylon wordt wakker in een Londens ziekenhuis. Hij heeft geen idee hoe hij, die in Berlijn woont, in Groot-Brittannië terecht gekomen is en waarom hij hier zou kunnen zijn. Van de laatste weken kan hij zich totaal niets meer herinneren. Stilaan wordt het hem duidelijk dat het iets met Viola te maken heeft. Viola is zijn jongere zusje dat op tienjarige leeftijd verdween en waarvan iedereen beweerde dat ze dood en begraven was. Tom is haar jaren op een geobsedeerde manier blijven zoeken omdat hij niet kan geloven dat ze overleden is. Zijn zoektocht naar Viola brengt hun beider leven en dat van anderen in gevaar, want sommige zaken uit het verleden mogen blijkbaar het daglicht niet zien.

Sita Johanns is psychologe bij de Berlijnse politie. Maar meer nog dan dat is ze Tom zijn beste vriendin die, als enige, hem steeds is blijven steunen bij zijn speurtocht naar Viola. Wat Tom zich nu niet meer herinnert is dat zijn vader vermoord werd vlak voor hijzelf naar Londen vertrok. Hij dacht dat Bruckmann achter de aanslag zat. Bruckmann is zijn vorige baas bij de politie en zit nu wegens misdaden opgesloten in een gesloten psychiatrische inrichting. Niemand geloofde Tom omdat het onmogelijk lijkt dat iemand die in een gesloten inrichting zit iets te maken kan hebben met moord.
Voor Tom naar Londen vertrok, vroeg hij Sita om Bruckmann te bezoeken en hem een boodschap over te brengen. Sita kon niet vermoeden in welke nachtmerrie ze hierdoor zou verzeild geraken.

ISBN: 9789400515680 – Uitgeverij A.W. Bruna – Aantal pagina’s: 542 – Thriller

5 van de 5 sterren – Marita

Recensie in één zin

‘De kelder’ is een waardige afsluiter van de reeks rond Tom Babylon.’

Hoofdpersonages

Tom Babylon werkt als rechercheur voor de Berlijnse politie. Toen hij veertien was, vonden hij en zijn vrienden het lijk van een man in een rivier. Bij het lijk vonden ze een sleutel, sleutel 17. Tom verstopte de sleutel thuis in de kelder. Nadat Viola, het jongere zusje van Tom, de sleutel stiekem wegnam, verdween ze spoorloos. Drieëntwintig jaar lang bleef Tom zoeken naar Viola, ondanks het feit dat men haar lijk vond. Hij blijft zich schuldig voelen voor haar verdwijning en de zoektocht naar haar is een obsessie geworden die zijn leven beïnvloedt. Dat hij haar niet vindt, maakt hem wanhopig en gefrustreerd.
De enige die gelooft in Tom is Sita Johanns. Sita is als psychologe werkzaam bij de politie. Zij en Tom hebben een vriendschappelijke en vertrouwelijke band. Ze gaan voor mekaar door het vuur. Sita had een drankverslaving, maar is intussen afgekickt. Toch wordt dit nog steeds tegen haar gebruikt tijdens meningsverschillen met haar oversten.
— Marita

Sfeer

De kelder van Marc Raabe is vanaf de eerste bladzijde spannend. Tom Babylon, die we kennen uit de vorige boeken van deze schrijver, wordt wakker in een Londens ziekenhuis en weet niet hoe en waarom hij daar is. Als lezer neemt dat je direct mee in het verhaal omdat je nieuwsgierig bent wat er met Tom gebeurde.
Het verhaal rond Sita Johanns vervult je met afgrijzen en laat je op het puntje van je stoel zitten. Deze thriller bevat alle ingrediënten die een goede thriller hoort te hebben: spanning, mysterie en menselijkheid.
Het nawoord van de schrijver waarin hij meedeelt dat dit het laatste boek is in de serie rond Tom Babylon komt over als slecht nieuws.
— Marita

Schrijfstijl

De kelder is het vierde boek in de serie over Tom Babylon. Je merkt dat je in de vorige boeken feiten meekreeg die in dit boek belangrijk blijken te zijn. Dit maakt dat het niet evident is om dit boek op zichzelf te lezen. Zonder de achtergrond uit de vorige boeken zou het heel moeilijk zijn om de verhaallijn te volgen.
Marc Raabe slaagt erin om je sympathie te laten voelen voor zijn hoofdpersonages, Tom en Sita, waardoor je je meer betrokken voelt bij het verhaal.
Het verhaal speelt zich af in verschillende tijden, maar dit bemoeilijkt het lezen totaal niet. Het verhaal is opgesplitst in een deel over Tom en een deel over Sita. Voor de duidelijkheid is het deel over Sita in cursief gedrukt.
— Marita

Passage uit het boek

‘Tom doet de deur van de badkamer aan de binnenkant op slot, draait de koudwaterkraan van de wasbak open en schept met zijn rechterhand, die niet gewond is, water in zijn gezicht. God, wat lekker. Zijn spiegelbeeld staart hem met bloeddoorlopen ogen aan; een paar adertjes zijn door zijn ademnood gesprongen. De waslijn heeft een rode striem in zijn hals achtergelaten.
Hij draait de kraan dicht en gaat op zijn knieën voor het bad zitten. De pasgehechte wond in zijn zij doet pijn, ook de krassen op zijn rug branden, ondanks de ibuprofen en Novalgin. Sterkere middelen wilde hij, na zijn eerdere ervaringen de laatste dagen, niet van Jillian aannemen. Met zijn rechterhand trekt hij de losse tegel uit het wandje en voelt hij in het gat. Alles ligt er nog. De zak met de handdoeken, de geheugenkaart uit haar fototoestel – en Lassie.
Nieuwsgierig draait hij het doosje met de hond om en om en bekijkt het van alle kanten.’

Leesvoorschrift

Voor vrouwen of mannen?

Hoe dik is de pil?

Bekijk deze visuele boekrecensies ook eens

Recensie: Marc Raabe – Sleutel 17

Recensie: Marc Raabe – Kamer 19