Recensie: Jerry Hormone – Het is maar bloed
Met Het is maar bloed levert Jerry Hormone het geschreven equivalent van een reeks klappen in het gezicht. Rechttoe rechtaan, zonder in te houden, hier en nu, balt hij alle pijn als een vuist samen. Het is maar bloed verhaalt over het lichamelijke en geestelijke geweld dat we elkaar, maar vooral ook onszelf dag in dag uit aandoen. Gewoon, omdat we niet beter weten. Een eenzame alcoholist weet zich niet in te houden en valt bij zijn buren door de glazen salontafel. Een autistisch jongetje praat alleen via sokpoppen met zijn ouders. Een Peruaan koopt zijn vlees in de dierenwinkel. Na een openhartig gesprek met zijn moeder vergrijpt een kleuter zich aan zijn zusje. Eerst grijpt het je aan, zoveel onverschillige wreedheid. Maar plots zie je er de humor van in. Eigenlijk valt er niets te lachen en toch doe je het. Jerry Hormone maakt ons medeplichtig: hij is een meester van de schuldige lach.
ISBN: 9789 025 445 980 – Atlas Contact – Aantal pagina’s: 171 – Roman
2 van de 5 sterren — Kelly
Vanaf hier weet je binnen één minuut of dit boek bij je past.
Start!
Recensie in één zin
‘Geestige verhalen over buitenbeentjes en losers, een bundel voor de volwassen lezer – met een kinderlijk randje.’
Hoofdpersonages
De bundel is vijftien verhalen rijk die veelal worden bevolkt door losers en buitenbeentjes. Een originele opzet, die ook zeker in de eerste verhalen zeer succesvol blijkt. Een van de betere verhalen is ‘Een engel van beton’, en gaat over Jacco. Jacco wordt door zijn ex-vriendin en haar kind Bas meegenomen naar een creatief vakantiepark. Terwijl Saskia hele dagen schildert, zit Jacco voor het vakantiehuis voor zich uit te staren, te roken en te drinken. ’s Avonds wordt er gezellig met de hele groep gekookt en heeft iedereen om beurten corveedienst. De verveling van Jacco en de verveling van het alternatieve vakantiepark sluiten slecht op elkaar aan. Bas krijgt een aanval van hysterie. De volgende dag is het tijd om naar huis te gaan. Het voelt als een einde van het contact tussen Jacco en zijn ex. Niks is echter minder waar. Twee weken later gaat de telefoon. Of Jacco mee gaat naar de Efteling. Hij blaast zijn rook uit en zegt ja. In dit verhaal neemt Hormone de tijd om zijn personages uit te werken, en krijgt het verhaal sfeer en diepgang. Dit komt in de overige verhalen amper voor. Daarin zouden de personages één en hetzelfde kunnen zijn.
— Kelly
Sfeer
Door de korte, haast telegramstijl-achtige taal van Hormone krijgt Het is maar bloed soms een haast kinderlijke sfeer. Dit zorgt er wel voor dat de verhalen in razendsnel tempo verlopen, maar ik denk dat het niet voor iedereen is weggelegd – niet voor mij althans. Ik stoorde me eraan dat sommige aspecten totaal oppervlakkig werden behandeld, en sommige, niet heel belangrijke, juist heel gedetailleerd. De oppervlakkigheid zorgt ervoor dat sommige verhalen haast clichématig overkomen. Ik denk dat het korte verhaal (zo kort als de meeste verhalen in deze bundel) niet voor Hormone zijn weggelegd, en dat zijn talent veel beter tot z’n recht komt wanneer hij meer tijd neemt om zijn personages uit te diepen. Ik ben dan ook zeer benieuwd naar zijn volgende werk, waarvan ik hoop dat het een roman is.
— Kelly
Schrijfstijl
Hoewel Jerry Hormone met Het is maar bloed zijn literaire debuut maakt, is hij geen onbekende in de boekenwereld. Onder zijn echte naam, Jeroen Aalbers, schreef hij de bekende kinderboekenserie ‘Borre’, die uit meer dan honderd titels bestaat en in verschillende landen werd vertaald. Zijn debuut als ‘volwassen’ schrijver bevat 15 verhalen en de lengte daarvan varieert tussen de twee en de dertig bladzijden. De verwachtingen waren hoog. Het omslag, waarop Hormone met bloedneus poseert (overigens voor een aantal boekhandels genoeg reden om het boek niet in te kopen – onzin) trok mijn aandacht en ook de manier waarop het boek door de uitgever en de pers gepitcht werd zorgden ervoor dat ik reikhalzend uitkeek naar dit boek. Het eerste verhaal van de bundel begon gelijk goed. Met weinig woorden weet Hormone zijn personages neer te zetten en ik hoopte dat dit zo’n lekker weglezend boek zou zijn waarbij je beschamend hard om moest lachen. Dit viel direct na verhaal één behoorlijk tegen. Ik had eerder het idee dat ik een kinderboek met grof taalgebruik zat te lezen. De schrijfstijl, de zinnen die zo intens kort zijn dat ze je beginnen te vervelen (op de achterflap van het boek worden deze overigens vergeleken met spijkers, maar deze vergelijking gaat voor mij niet echt op) en wekken de indruk dat alles, de verhalen én de personages, slecht zijn uitgewerkt en weinig de diepte ingaan. De personages konden in feite allemaal één en dezelfde zijn, omdat ze door de slechte uitwerking haast inwisselbaar waren.
— Kelly
Passage uit het boek
‘Iedere woensdag zit Brian, haar vierjarige zoontje, bij zijn vader, en ik bij haar op de bank. Naakt. We bestellen sushi. Neuken tot we buiten de brommer horen. Een van ons trekt snel een badjas aan. Doet open. Rekent af. We eten en dan neuken we weer verder.
Ik steek een sigaret op.
We eten, drinken en roken door mekaar. We neuken, drinken en roken door mekaar. Het enige wat we niet door mekaar doen, is eten en neuken, want dat vind ik smerig.’
Leeswijzer
Een vermakelijk boek voor ‘tussendoor’. In je pauze op werk, in de trein, als ‘luchtig boek’ na het lezen van een zware, meeslepende roman.
Voor vrouwen of mannen?
50%
50%
Hoe dik is de pil?
Ga je dit boek lezen?
+ Er zijn nog geen reacties
Reactie toevoegen