Indira Novelle wacht op een kans om als personage in een verhaal te schitteren. Wanneer ze hoort dat ze is uitgekozen om naar Fabel af te reizen om aan de beroemde Praktijkschool voor Protagonisten te studeren, een school die bekend staat om het afleveren van de allerbeste personages, kan ze haar oren niet geloven.

Maar Indira’s droom om een held te worden valt in het water. Haar auditie loopt in de soep en bezorgt haar een plek in het bijfigurenprogramma. Pogingen om haar mentoren – bekende hoofdpersonages als Alice uit Wonderland en Romeo van Julia – hun ongelijk te bewijzen worden continu gedwarsboomd. Indira krijgt al snel het gevoel dat een slechterik de boosdoener is.

Het wordt op school steeds gevaarlijker en Indira ontdekt dat heel Fabel wordt aangevallen. Samen met haar vrienden Maxi en Fenix aan haar zijde zoekt ze naar aanwijzingen om degene die hen met duistere magie bedreigt, te ontmaskeren. Maar hoe meer Indira ontdekt, hoe meer ze gaat twijfelen aan haar plaats in deze verhalenwereld. Kan een bijfiguur écht de held van het verhaal worden?

ISBN: 978904885844– Uitgeverij Moon – Aantal pagina’s: 352 – Jeugdboek

4 van de 5 sterren – Isolde

Recensie in één zin

‘Een origineel jeugdboek over hoofdpersonages in boeken, die een compleet eigen wereld hebben.’

Verhaal

De held van Fabel is een verhaal in een heel originele setting. Personages komen niet zomaar in een boek terecht, maar zij worden aan de Praktijkschool voor Protagonisten in Fabel opgeleid om een goed personage te zijn. De school maakt onderscheid tussen hoofdpersonen, bijfiguren en figuranten. In de plaats Etter is de Academie voor Antagonisten.

Indira Novelle is de hoofdpersoon van De held van Fabel. Zij hoopt al heel lang uitgekozen te worden als hoofdpersoon van een verhaal en aan het begin van het boek krijgt zij een uitnodiging om naar Fabel te komen. Al onderweg naar Fabel begint haar avontuur en alles duidt er op dat zij het in zich heeft een held te worden. Waarom slaagt zij er dan maar niet in dat ook te bereiken?

De setting is heel origineel en magisch, maar neemt soms wat wendingen die erg onverwacht zijn. Achteraf volgt wel een toelichting, maar aspecten als bijvoorbeeld de zwarte toverkunst hadden best iets meer ingeleid kunnen worden.

Het boek bevat magische elementen, die verband houden met verschillende (bekende) verhalen. Dit maakt het boek aantrekkelijk om te schrijven én om te lezen, al raak je soms door de bomen ook het bos een beetje kwijt.
— Isolde

Het boek

Ik heb het e-book gelezen en dat maakt dat je niet altijd goed iets kunt zeggen over hoe het fysieke boek eruit ziet. De cover van het boek is kleurrijk en past bij het verhaal. De elementen die je ziet, komen allemaal in het boek terug.
Op dit moment is De held van Fabel een stand alone boek, maar de vermelding ‘Verhalenwevers’ op de cover suggereert dat het misschien wel het eerste deel van een serie is.
— Isolde

Schrijfstijl

De held van Fabel leest vlot en makkelijk. De hoofdstukken zijn beperkt van omvang en hebben allemaal een duidelijk begin en eind. Het eind maakt iedere keer wel nieuwsgierig naar het volgende hoofdstuk, dus je wilt doorlezen.
Het boek roept allemaal associaties met andere verhalen op. Alice in Wonderland en Romeo en Julia liggen het meest voor de hand, gevolgd door Harry Potter. Maar ik moest ook geregeld denken aan Indiana Jones.
— Isolde

Passage uit het boek

‘Ieder personage wilde natuurlijk de held in zijn eigen verhaal zijn, maar in Fabel wisten ze dat elk goed verhaal ook bijfiguren en kleine gastoptredens had. Deus legde uit dat er op school ook andere richtingen waren als je auditie minder succesvol verliep, voor personages die minder in de spotlights hoefden te staan. Indira bleef maar knikken, totdat Deus iets zet waarvan ze in eerste instantie dacht dat ze het verkeerd had verstaan. ‘En je auditie is natuurlijk vandaag.’
Indira bleef onmiddellijk staan. ‘Vandaag?’

Voor wie is het boek?

Voor meisjes of jongens?

Leesvoorschrift

Bekijk deze visuele boekrecensies ook eens

Recensie: Janine de Roode – Soep-er

Recensie: Chris De Bruyn – De bloedpremière